Het lijkt een zacht meanderend
gif, dat door het onveranderlijk
kreupelhout van adellijke haar-
vaten zich een weg baant,
en onderweg zich het hoofd
breekt waartoe het leidt, waarvoor
het gaat. Men is al lang vergeten
hoe een koe een haas vangt, te meer
omdat je weet maar nooit
je lijf bevriest, ontdooit, dood
achter blijft, pas dan de smaak
te pakken krijgt van daden-
loosheid. Men rijmt niet voor niets
dit verlies van urgentie met altijd dezelfde rivier.