fragmenten
*
klinkklare vlinderling
wat voor een raar ding
je stijgt op uit een hoofd
vol dode en uitgedoofde
instincten / ontken
dat je eraan toe bent /
met een klein jasje
aan was je
*
Stempelpet. In directe rede
deelt men mede.
Kloosterpot. Hoe te eten,
hoe niet te eten.
Luchtstukje. Grond, brood
en spelen. Stront.
Tralalalalies om zich.
Gedetineerd in zijn rol, gezichts-
loos.
*
verder verdeelde
geen enkel heel meer
vergeelde en beleefde levens
O, hoe tof is kapot-
gooien, de mooie
beelden die langs je
gladgeschoren wangen streelden
(elke poging edel te zijn ontstegen)
*
korte metten
die je maakt
uitgeleende portretten –
dood wordende
© Danny Habets, 2010, 2011.